Bijna 40 jaar Ruud Rutten: de cirkel is rond (2)
“Je moet de paaltjes bij de weg houden en niet de weg bij de paaltjes”
Onderschrijf je nog dezelfde statements die in 2009 in de Tribune werden genoemd bij het artikel dat gewijd was aan je 25 jaar bij Tactus?
Je moet de paaltjes bij de weg houden en niet de weg bij de paaltjes. In de gezondheidszorg als systeem is dit alleen maar erger geworden. We slaan paaltjes en dan moet de weg langs de paaltjes gelegd worden. Ik denk dat het omgekeerd moet zijn. Dit statement is veel meer van toepassing geworden dan toen. De zorg is het doel uit het oog verloren.
“Ja dat is nog steeds mijn motto. We gaan als MT nog vaak, als iedereen zegt jullie moeten linksaf, toch regelmatig rechtsaf. Je moet waarde creëren voor mensen met een verslaving, je moet voor de maatschappij creëren dat er minder afhankelijkheid is van middelen. Dat is je doel. Het doel is niet om bedden af te bouwen. Dat zijn paaltjes om de weg te vinden maar als ze niet langs de weg gelegd worden, verdwaal je door de paaltjes. Eigenzinnige koers varen is bijna verplicht voor Tactus, ook omdat het in de verslavingszorg soms net even anders werkt of iets anders nodig is dan in de rest van de zorg.”
Ik vind het heel belangrijk dat medewerkers in mij nog de vakman herkennen die weet wat er speelt op de werkvloer.
‘Ik ben net gepromoveerd op basis van data die door medewerkers zijn verzameld over daadwerkelijke processen. Het gaat mij niet om wat de beleidswereld aan beleidsplannen heeft ontwikkeld. Ik wil nog steeds weten hoe gaat het met de behandelingen. Hoe zijn we bezig op de werkvloer. Ik wil daar ook verstand van hebben. Bestuurders die zeggen, ik hoef geen verstand van verslaving te hebben, dat hebben andere mensen in mijn organisatie. Ik heb verstand van besturen. Simpel gezegd, die geloof ik gewoon niet.”
Als alles kan, kan niks meer. Ook schotten tussen de afdeling hebben een functie.
“Dat vind ik nog steeds zo. De druk is groter is dan ooit. Ik vind het een grote ondeugd in de ggz dat iedereen alles maar moet kunnen. Als alles met alles te maken heeft en iedereen alles kan, dan gebeurt er niets meer. Je moet specialisaties hebben. Als je kijkt wat er in de jeugdverslavingszorg gebeurd is, dat is dramatisch. Die jonge mensen krijgen we zes of zeven jaar later in veel ergere toestand terug. In de puberleeftijd is het soepel bij te sturen. Ik ben er trots op dat we als Tactus met z’n allen buitengewoon veel kunnen met zeer ernstige verslavingsproblematiek en ook met een buitengewoon maatschappelijk probleem, dat we daar een bijdrage aan kunnen leveren met toch een relatief kleine organisatie. We zijn een groot bedrijf maar gezien de omvang van het probleem in drie provincies vind ik dat nog wel meevallen.”
Het kan niet vaak genoeg gezegd worden. De meeste mensen met een verslavingsprobleem worden uiteindelijk beter.
“Dat heb ik altijd overeind gehouden dat als je een verslavingsprobleem hebt, dan heb je geen ander probleem nodig om ernstig in de problemen te zitten. De kern van het probleem is te veel gebruiken om wat voor reden dan ook. Het probleem houdt zichzelf in stand. Mijn promotieonderzoek laat zien, dat de meerderheid van de mensen met een verslaving vrij snel opknapt als ze eenmaal bij Tactus zijn. De meeste mensen blijven in behandeling, behalve bij de voordeur waar veel mensen afhaken en daar moeten we dus meer in gaan investeren. Mensen het zelfvertrouwen geven dat het kan, dat is het belangrijkste om te doen. Eenmaal in behandeling zie je de drop-out enorm afnemen. En zelfs daar waar de mensen niet beter worden, kijk bijvoorbeeld naar bemoeizorg. Dan nog zie je mensen opknappen. Dat is een kleine groep. Van de groep die in behandeling gaat wordt twee derde beter. Het pessimisme over de verslavingsbehandeling is onterecht. De cijfers geven dit ook aan; voegt Ruud er tot slot aan toe met een glimlach.”
Van welke periode kreeg je de meeste energie?
“Ik beschouw zeker de periode midden jaren negentig en eigenlijk wel tot 2014 als een periode met heel veel ontwikkelingen. Als Tactus en als verslavingszorg hebben we heel veel gedaan, maar ook als samenleving. Er was een focus, een wil van de overheid om drugscriminaliteit en jeugdverslavingsproblematiek aan te pakken.
Ik hoop, ik zal er geen grote rol in vervullen helaas, dat wat we in het verleden met heroïne hebben gedaan, dat we dat ook met cocaïne gaan doen. Dus nationaal een programma opzetten. Als ik zie wat de cocaïnehandel in Nederland veroorzaakt en hoe we daar passief naar zitten te kijken, en hoe weinig de verslavingszorg aan de oplossing nu bijdraagt, jeuken mijn handen. Kom op, we moeten op één rij gaan staan, met politie, overheid, strafrechtketen, preventie en behandelaren. Lange adem, het kost tien jaar maar het kan. Cocaïnegebruik moet naar beneden, op dezelfde manier waarop we dat in het verleden met de enorme heroïnemarkt en -pandemie hebben gedaan.”
En wat denk je van alcohol?
“Ik denk wel dat er een groeiend besef is dat als wij steeds ouder worden dat we niet vanzelfsprekend een vrolijk leven hebben. Je moet dan wel gezond blijven. Als ik bij de supermarkt alles wat ongezond uit de schappen haal en alles wat gezond is laat liggen, dan kan een gemiddelde supermarkt met 80% krimpen.
Ik ben er echt van overtuigd dat alcoholgebruik meer aan banden moet. Ik vind dat voeding en beweging hoog op de agenda moeten staan. Niet om mensen de wet voor te schrijven, mensen zeggen dan: het is mijn eigen zaak. Het is niet je eigen zaak want je kunt bijna nergens anders je voedsel kopen dan bij de supermarkt. Het aanbod is gewoon voor 80% slecht. Je moet bijna als een alcoholist in herstel door de supermarkt lopen als je boodschappen doet om te voorkomen dat je in de verleiding komt. Ik vind het dat onze plicht is om voor onze kinderen en kleinkinderen een gezonde omgeving aan te bieden. Als ze in die gezonde omgeving kiezen voor ongezonde dingen, vind ik dat tot daaraan toe.”
Is er in de afgelopen veertig jaar een tijd geweest bij Tactus dat alles goed was zoals het was?
“Als ik een schilderij gemaakt heb, en het hangt aan de muur dan zeg ik na een paar maanden: Dat klopt niet. Mijn vrouw zegt dan: het is bij jou ook nooit goed genoeg. Als je een goed schilderij wilt maken, moet je kritisch blijven en kijken hoe het beter kan. Zo is het in de verslavingszorg ook: het is nooit af.
Nu weet ik hoe het moet! Met dat gevoel ga ik weg. Dus ik zou het met plezier nog een keer over doen. Nee, het kan altijd beter. Ik geloof heilig dat de toegevoegde waarde van verslavingszorg enorm is en dat daar voorlopig de grens nog niet van bereikt is. De neiging tot verslaving beheersen met z’n allen, is een uitdaging. Volgens mij staan we nog maar aan het begin. Er valt nog zoveel te bereiken.”
Dit gaf jou ook passie in je werk?
“Er is altijd weer een horizon. Die weg is eindeloos, dus in plaats van iedere keer zwabberen naar een nieuwe weg, ga ik liever voort. Het is niet voor niks dat ik (bijna) 40 jaar dit werk doe. Ik heb de horizon belangrijker gevonden dan de variaties naar links of rechts. Er is altijd weer doel achter het doel. Je kunt altijd verder komen. De hoofdweg is interessant genoeg.”
>>> deel 3 interview: “Mijn leven hangt aan elkaar van commitment”
Gerelateerd
- Onderzoek
- /
- Publicaties
- /
- Tactus in Beeld
- Tactus in Beeld
- Methodes
- /
- Tactus in Beeld
Geef een reactie